BERTUS ROZEMIJER – Hoewel Bertus Rozemeijer heel veel plezier beleeft aan werpend vissen, mag hij zo nu en dan ook graag slepend vissen. Deze manier van vissen vindt hij namelijk vaak erg leerzaam, want het stelt je in staat om in relatief korte tijd een water te leren kennen. Daarnaast kan slepen ook enorm productief zijn, vooral op dagen dat werpend vissen niet echt wil vlotten. In deze bijdrage legt Bertus uit hoe hij op ondiep water te werk gaat.
Ik ken best wel veel roofvisvissers die een beetje (of twee) neerkijken op het slepend vissen, alsof het een makkelijke en vooral ook luie visserij zou zijn. Dat is jammer, want slepen is voor de man of vrouw achter het stuur toch echt wel een beetje (of drie) lastiger dan werpend vissen. Je moet als kapitein je ogen overal op hebben gericht. Van visvinder, naar hengels en van hengels naar de directe omgeving. Met de veiligheid voorop betekent dit dat je de overige scheepvaart in de gaten moet houden.
Je moet dus heel goed leren inschatten wat Jan Plezier gaat doen. Kan je voor of moet je achter de plezierboot kruisen? Zeilers hebben in vrijwel alles voorrang en varen vaak zo dat zichtbaar is dat ze daar ook op staan. Dat vraagt van de stuurman of -vrouw om nogal wat improvisatie en vooral inschattingsvermogen.
Tegelijkertijd is het wel zaak dat, ondanks de manoeuvres die gemaakt moeten worden, het kunstaas zo goed mogelijk zijn werk blijft doen. Wat heb je het dan als driftend bootje bij het werpende vissen toch makkelijk! Alle pleziertjes met een beetje fatsoen gaan ruim om je heen en dan kan je heerlijk en best terecht knorren op degenen die dat fatsoen niet in zich hebben. Zeilers keren vrijwel altijd op tijd en de ruimte is voor jou en je maat.
En ja, soms moet je even inhouden en wachten op die passerende boot, maar daar komt geen behendigheid of inschattingsvermogen bij kijken. Gelukkig is het vaarseizoen niet zo lang en hebben we het water daarbuiten vaak voor onszelf. Ondiep vissen in herfst, winter en zeker ook het voorjaar kan bijzonder productief zijn en brengt soms verrassend veel en niet zelden grote vis in de boot.
NIET ALLEEN IN DIEPER WATER
Slepen in dieper water kent zo zijn problemen, waarbij diepte houden misschien het grootste obstakel is. Daar is met de juiste verzwaring makkelijk iets aan te doen. Wanneer dan ook met niet al te overdreven zware (dikke) lijnen gevist wordt is ook een grotere diepte goed te bereiken. Bij die zware, dikke lijn moet je vooral denken aan de weerstand die die genereert en het daarmee moeilijk maakt je kunstaas op diepte te houden.
In ondiep water is dat weer heel anders en loop je tegen andere hindernissen aan. Wat is ‘ondiep’ eigenlijk? In dit geval is twee meter al heel wat en minder dan een meter, misschien net een halve meter zo ongeveer de diepte waarin we rovers gaan zoeken. Ik weet het, in de oude zand en grintgaten vind je die dieptes lang niet altijd, want toen die lang plassen geleden gegraven werden, werd niet nagedacht over de onderwaterflora en -fauna die er zich zou ontwikkelen. Maar er zijn genoeg wateren waar je ondiep kunt slepen en waar je veel actie kunt verwachten.
Dit is een premium artikel.