JAN VAN SCHENDEL – Tijdens het vissen, en dat geldt al helemaal voor het wedstrijdvissen, is het belangrijk om alles zo gestructureerd mogelijk te doen. Bovendien is het soms belangrijk om gewoon opnieuw te beginnen bij de basis wanneer je niet meteen de juiste vismanier gevonden krijgt.
Het vissen op de juiste diepte is natuurlijk heel erg belangrijk. Je zal de vissen daar moeten bevissen waar ze zich het liefst ophouden. Vaak is dat pal tegen de bodem. Soms bevinden ze zich vooral (soms ver) daarboven en als visser zul je je daaraan moeten aanpassen. Je schuift dan ook vaak de dobber een stukje naar boven of beneden om dat voor elkaar te brengen. Na een aantal verschuivingen ben je vrijwel zeker de precieze aanvangsdiepte kwijt en juist op die diepte had je verwacht het meest doeltreffend te kunnen vissen.
Vissen zijn niet altijd meteen aanwezig op de voerstek. Vaak hebben ze tijd nodig om hun aangeboren voorzichtigheid te overwinnen en soms duurt het uren voordat men op een voerstek gaat azen. Die aanvangsdiepte was misschien helemaal nog niet zo slecht bedacht en moet je daar naar terug gaan voor het beste resultaat en als die diepte niet is gemarkeerd op de een of andere manier moet je opnieuw peilen.
Een super oplossing is om nadat je voor de vissessie de gewenste diepte hebt uitgepeild, even de dobber, zonder spanning op de lijn, langs de hengel te houden en dan die te markeren op de hengel. Ik gebruik daar zelf altijd tipex voor, omdat het gemakkelijk ook weer van de hengel te verwijderen is. Je kunt ook eventueel vetkrijt gebruiken. Hoe vaak je ook van diepte hebt gewisseld, altijd kun je weer terugvallen naar de basis en dat op de millimeter zuiver. Zo simpel en toch zo belangrijk
MEER LEZEN | TIPS & TRICKS VAN JVS