Iedere visser kan je zo zijn persoonlijk record delen, want je grootste vangst die blijft je bij. De topgewichten van menig vaste stokvisser zijn ook best indrukwekkend, want vandaag de dag is het materiaal ook simpelweg top. Strak tegen de kant, daar vang je de dikste vissen wordt er gezegd. Bart Beelen wou maar wat graag deze viswijsheid kracht bijzetten en verzekerde dat er biggen voor de lens zouden komen met ‘niet goed, geld terug’ garantie. Omringd door karperbatterijen trof ik Bart aan de oever van de Viandervijvers te Tienen.
Tekst en foto’s: Bart De Crée
Bart is woonachtig in de provincie Limburg, maar werkt kortbij. In de zomer komt hij vaak meteen na het werk nog wat krachttrainen op de Viandervijvers. “Je vindt me meestal op de kleinere vijver boven in het domein tussen de karpervissers. Hier vang je veel minder kleinere vissen dan beneden op de grote wedstrijdvijver”. Een voordeel wanneer je de mooiere exemplaren op de foto wilt krijgen. “Het gemiddelde slag dat ik hier vang is rond de 5 tot 6 kg zwaar, maar iedere keer heb ik wel een paar vissen die tegen de 10 kg aanschurken. Er zwemmen hier bovendien ook een paar prachtige kois rond en die heb ik nog niet allemaal in mijn album.” Alleen al daarvoor blijft Bart terugkomen. Hij zou ze graag eens allemaal in zijn handen hebben gehad vertelt hij lachend.
Bart kiest steeds voor twee plekken, beiden op zo’n acht meter, eentje links en eentje rechts in de kant. De plaats recht vooruit dient enkel om zich wat bezig te houden tot de dikke beren de oeverstekken gevonden hebben, aangezien de karpers hier meestal iets kleiner uitvallen. “De bodem hier is op beide vijvers bedekt met een soort doek. Ondertussen ligt er wel al een laag slib boven natuurlijk. In de hoek waar ik nu zit heb je dat echter niet en zijn het grove stenen afgedekt met gaas.” Met een pellet of maïskorrel aan de haak, kom je vaak vast te zitten in het gaaswerk legt Bart me uit. Vandaar zijn keuze voor deeg.
De onthaakmat van Bart zou het niet lang droog houden en ook het gemiddelde van de dag stelt niet teleur. Dat terwijl de beetmelders van de ‘echte’ karpervisser stil blijven; ik kan geen enkele aanbeet waarnemen. Er zit voor de andere vissers niets anders op dan het waterballet van kleurig elastiek aan de overzijde te aanschouwen.
DANSENDE DOBBER
Met de zwaardere jongens op het oog, mag het materiaal best stevig zijn. “Een 22/00 nylon lijn door en door met een grote, weerhaakloze haak gebruik ik standaard. De vissen die ik verspeel trekken me meestal niet stuk, maar lossen of buigen de haak open.” Bart monteert twee types dobber; een deegdobbertje met druppelvormig lichaam en een staafvormig deegdobbertje. “Ik start meestal iets verder uit de kant, laat ons zeggen een meter, alvorens ik gestaag richting de oever kruip. Het druppeltje gebruik ik bij de start, het staafje verkies ik in het ondiepe tegen de kant aan.” De vissen die komen azen in de kant, verplaatsen best wat water. Kolken en wapperende staarten doen het dobbertje dansen. “Het staafje ondervindt minder last van die wervelingen in het ondiepe, het lijkt er beter door te snijden. Met het druppelvormig dobbertje vlak tegen de oever in zo’n klein laagje water, wordt het deeg sneller van de haak geduwd is mijn ondervinding.”
De rest van het artikel vind je in de BEET van oktober 2023. Het magazine is eind september verschenen en nu ook verkrijgbaar in de boekhandels en bij de hengelsportzaken. Voor een abonnement op BEET, voor het laatste nieuws op het gebied van materiaal en technieken voor het vissen op commercials en karpervijvers, ga je naar: https://shop.beet.nl/category/abonnementen/.
