Het is hoogzomer, als je het mij vraagt de beste tijd om graskarper te bevissen. In deze tijd van het jaar zijn deze schubben dragende grazers extreem actief. In water waar de temperatuur tot wel 25 graden Celsius op kan lopen voelen deze zwemmende grasmaaiers zich letterlijk als een vis in het water!
In mijn omgeving zijn er helaas niet veel wateren die bevolkt worden door graskarpers. In de weinige wateren waar ze wel zwemmen zijn het er helaas niet veel, slechts een handjevol graskarpers maken er de dienst uit. Om graskarperrijke wateren te vinden is het handig om regelmatig te observeren, alleen zo kun je erachter komen in welke wateren deze grazers te vinden zijn.
Zonaanbidders
Om ze te kunnen zien speelt het weer een erg belangrijke rol. Graskarpers zijn ware zonaanbidders. Hoge drukgebieden, hete zomerse dagen zijn bij mij als beste uit de bus gekomen. Ze liggen dan niet meer lam op de bodem van het water, maar komen omhoog om zoveel mogelijk zonnestralen op te vangen. Vaak steken ze zelfs met hun brede ruggen door het wateroppervlak, alsof ze jou attent willen maken op hun aanwezigheid. Overigens doen ze dit vaak alleen in de windstille hoek van het water.
“Probeer te voorkomen dat je schaduw over het water valt… Funest voor graskarper!”
Ik maak me op voor de zoektocht naar koudbloedige, zwemmende grasmaaiers in de zon. Een zonnebril met hoogwaardig gepolariseerde glazen is hierbij onmisbaar. Tijdens mijn zoektocht zijn ook de aanwezige watervogels een goede aanwijzing van waar ik moet zoeken. Vaak zie je ze krijsend wegstuiven, dit doen ze vaak niet voor niets…
Let trouwens goed op je schaduw, zodra je schaduw op een groepje zonnende graskarpers valt kunnen ze ineens verdwenen zijn, een grote kolk en weg zijn ze. Tijdens mijn zoektocht naar actieve graskarper aan de oppervlakte speur ik niet alleen de luwten af, maar eigenlijk heel het water. Zodra ik vis aan de oppervlakte heb gevonden is het belangrijk om vast te stellen om welke vissoort het gaat.
Ik bezuinig niet op de hoeveelheid voer is gebruikt, mijn hobby mag best wat geld kosten.
Herkenning
Over het algemeen heb ik het op graskarper voorzien en niet op karper of andere schubbendragers. Meestal kun je graskarpers prima herkennen aan hun rugvin die ze sierlijk door het wateroppervlak steken, deze rugvin is goed te herkennen aan zijn driehoekige vorm. Een ander herkenningspunt van graskarpers zijn de uitzonderlijke grootte, vaak kun je ook zijn opvallende bek goed zien. Zeker wanneer zijn bek geopend is kun je de vis goed herkennen; het wit van de binnenkant van de bek steekt sterk af tegen de verder donkergekleurde omgeving. Laatstgenoemde is, als je het mij vraagt, het beste herkenningspunt.
Zoektocht
Wanneer ik denk een goed water gevonden te hebben, dan ga ik met een boot en dieptemeter het betreffende water op of met een peilhengel naar de oever. De dieptemeter gebruik ik om goede stekken op te sporen, de stekken waar ik graskarper verwacht! Hierbij let ik op plekken die net wat ondieper zijn dan het omliggende water. Wanneer zo’n plateau in de buurt van wat waterplanten ligt is het helemaal feest. Ook langzaam aflopende oeverzones kunnen interessant zijn, zeker wanneer er een dikke rietkraag in de buurt is te vinden gaan alle alarmbellen af!
Voeren
Voordat mijn montage het water raakt probeer ik altijd om de graskarpers eerst aan het aas te laten wennen. Naast kippenmaïs vind ik tijgernoten ook erg goed. Ik vermoed dat de zoete kenmerkende smaak van tijgernoten erg geliefd is bij de graskarpers. Om deze smaak perfect te krijgen moet de bereidingswijze van de tijgernoten wel te kloppen. Eerst kook ik de nootjes een half uur tot een uur in ruim kokend water. Daarna houd ik ze nog zo lang als mogelijk warm. Door ze bijvoorbeeld in een afgesloten emmer weg te zetten.
Om de lokkende werking nog meer te vergroten voeg ik na het koken een speciale particlesiroop toe. Deze heeft een zeer geconcentreerde, zoete tijgernootsmaak. Na het toevoegen van deze lokstof zet ik alle nootjes in een emmer in de zon en laat ze hier net zo lang staan tot de nootjes in een slijmerige massa drijven.
“Ik voer twee tot drie keer 2-3 kilo tijgernootjes!”
Mijn visstek voorzie ruim met dit aas. Ik doe met voorvoeren niet al te moeilijk over de hoeveelheid voer, waar gehakt wordt vallen spaanders en mijn hobby mag best wat geld kosten. Vergeet niet dat hoe hoger de temperatuur is, des te actiever de graskarper zal zijn. Ze vreten een hoop weg gedurende de warmere dagen van het jaar. Daar komt nog bij dat graskarpers een uiterst ineffectieve spijsvertering hebben en je zult snappen waarom ik veel voer.
Drijvend
Ik voer rustig 2-3 kilo per keer en ga 2-3 keer voorvoeren. Dit voorvoeren doe ik met een spod of voerschep. Wanneer ik de stek ga bevissen arriveer ik ’s avonds in de schemer en voer de stek ruim aan en vis dan meestal door tot de volgende middag. Het best vang ik wanneer mijn haakaas zich onderscheidt van de rest van het voer. Om dit te bereiken maak ik gebruik van een zogenaamde pop-up montage. Om ervoor te zorgen dat mijn haakaas drijft hol ik hem deels uit met een boortje. Vervolgens druk ik in het holletje, wat ik met het boortje heb gemaakt, een beetje kurk. Hierdoor drijft mijn haakaas!
Aan de hair hang ik één of twee tijgernootjes. Soms maak ik ook gebruik van een tijgernootje en een neppe maïskorrel. Door het sterke contrast valt dit haakaas eerder op. De graskarper kan deze combinatie slechts zelden weerstaan. Om het geheel nog wat attractiever te maken zet ik pva sticks in. Deze vul ik met een bijzondere stickmix die onder andere tijgernootmeel bevat. Om het maximale eruit te halen bevochtig ik de stickmix met dezelfde particlesiroop waarmee ik ook mijn tijgernootjes klaar heb gemaakt.
Pva
Door het gebruik van pva sticks weet ik ook zeker dat mijn onderlijntje nooit in de war raakt. De pva voorkomt dat mijn onderlijntje in de war kan draaien. Waar ik altijd veel aandacht aan besteed zijn mijn haken. Deze moeten vlijm- maar ook echt vlijmscherp zijn! Graskarpers hebben een erg harde bek, met haken die niet superscherp zijn weet je zeker dat je vis tijdens de dril gaat verspelen, dat is natuurlijk zonde!