Wie droomt er niet van om eens een echte haai te vangen, met een driehoekige rugvin en alles erop en eraan? Dat kan tegenwoordig ‘gewoon’ in Nederland en België. Zeker de gevlekte gladde haai is een haaiensoort die we steeds vaker in onze kustwateren aantreffen. Weliswaar wordt die niet zo groot als de ruwe haai, maar ook déze vis is beresterk. Bovendien is de kans heel reëel dat je het met meerdere exemplaren op een dag ‘aan de stok’ krijgt; vanaf de kant en zeker vanaf de boot. Iedereen die een boothengeltje bezit, kan opstappen bij één van de charters in Zeeland die gericht op haai gaan. In dit artikel legt Wilfred van Nunen uit hoe je zo’n haaienavontuur in eigen land aanpakt.
Tekst: Wilfred van Nunen, foto’s: Wilfred van Nunen en Tom Sintobin
Hoewel ik mezelf nog niet tot de veteranen onder de vissers wil rekenen, moet ik toch onder ogen zien dat ik nog uit de tijd stam van de Petromaxen en Coleman-lampen. De tijd waarin er nog een leuke klus gul vanaf de kant te vangen was, of een zooitje tong in de zomer. In die tijd was het vangen van een haai in Nederland iets waar je enkel van kon dromen. Tegenwoordig is deze droom voor iedereen te verwezenlijken. Ik moet toegeven dat het bij mij wat dubbel voelt als je weet dat de opmars van de haaitjes (evenals die van de roggen) allicht een gevolg is van klimaatverandering, maar nu ze er dan toch zijn is het geen straf om erop te vissen. Sterker nog: ik zou willen dat ik dichter bij de kust woonde, zodat ik dit wat vaker zou kunnen doen! Nu blijft het beperkt tot een paar keer per jaar, maar dat zijn dan wel dagen waar ik naar uitkijk zoals een kind naar een dagje Efteling…
Signalement
In onze Noordzee komen verschillende haaiensoorten voor. Onder hen is de gevlekte gladde haai de meest algemeen voorkomende. Hij behoort tot de familie van de toonhaaien en heeft, anders dan de eveneens steeds vaker voorkomende ruwe haai, geen bek vol met scherpe tanden, omdat ze geen visjagers zijn, maar het vooral voorzien hebben op krabben, garnalen en andere schaal, schelp- en weekdieren. Hun onderstandige, tandloze bek doet welbeschouwd eerder denken aan die van een steur dan aan die van een haai. In de wintermaanden zoeken ze de iets warmere diepten verder uit de kust op, om in de loop van mei weer in onze kustgebieden te verschijnen. Ze worden dan in soms behoorlijke aantallen gevangen in de voordelta bij de Neeltje Jans en in de monding van de Westerschelde, ter hoogte van Dishoek en Zoutelande. Opvallend is dat op de laatstgenoemde stek, die grenst aan een diepe vaargeul, doorgaans minder, maar gemiddeld grotere exemplaren worden gevangen dan bij Neeltje Jans. De gevlekte gladde haai kan een lengte van zo’n 140 cm bereiken en ik had tijdens mijn tweede haaientrip het geluk een vis van 126 cm te mogen vangen, wat meteen een bootrecord betekende.
Naast de gevlekte gladde haai worden er van tijd tot tijd ook hondshaaitjes gevangen. Leuk om eens mee te maken, maar deze vissen hebben met 80 cm echt wel hun limiet bereikt. De ruwe haai wordt ook steeds vaker in onze Noordzee én in de Zeeuwse stromen gevangen. Het is alweer enkele jaren geleden dat het Nederlandse record op de Oosterschelde werd gevangen; een vis van 161 cm en een gewicht van ongeveer 20 kilo.
De rest van het artikel vind je in de BEET van juli 2023. Het magazine is vanaf 11 juli verkrijgbaar in de boekhandels en bij de hengelsportzaken. Voor een abonnement op BEET, voor het laatste nieuws op het gebied van materiaal en technieken voor het vissen op en aan zee, ga je naar: https://shop.beet.nl/category/abonnementen/.