MARTIJN DEKKERS – Na een beregezellige avond staan we vanochtend weer te trappelen om uit te varen. Zeker in de ochtend is het wat winderig en er wordt wat regen afgegeven. Rond de klok van 14 uur zou het wat opklaren en de wind wat afzwakken. Mochten die voorspellingen uit komen dan kunnen we nog iets verder naar buiten. Twee van de twaalf deelnemers blijven op de kade, de overgebleven tien gaan wel op pad. Met de gedachte dat er maandag vrijwel zeker niet gevist kan worden varen we maar al te graag uit. Ook nu vertrekken we iets later, het is later op de dag immers beter weer dan in de ochtend.
Net uit de haven lijkt de golfslag mee te vallen. We besluiten alsnog koers te zetten naar het randje bij Silda. Dat halen we echter niet, we besluiten om te draaien en toch in de fjorden te gaan vissen. Hier is het iets te ruig voor ons!
In oktober 2019 ben ik hier door de weersomstandigheden al eens verwezen naar de fjorden. De stekken die toen productief waren gaan we vandaag bevissen. We beginnen in het fjord zuidelijk van Bergsfjord. Daar heb je een 70 meter punt die omringd is door dieper water. We verwachten hier wel wat gullen. Koolvissen zitten er op het moment helaas niet, gullen ook niet blijkt later. We hebben het drie kwartier geprobeerd, maar helaas.
Op de groepsapp lezen we dat de Lissy weer naar de heilbottenstek bij Silda gaat varen. Dat zal wellicht een hobbelig ritje gaan worden. Uiteraard kan je hier wel beloond worden met een leuke visserij op heilbot. Aangekomen op de stek blijkt het onder de kant gelukkig mee te vallen en de heilbotten zitten er ook nog steeds.
Als wij dieper het fjord in varen komen we de Nicky ook tegen. Zij driften er al op los. Uiteraard gaan we even informeren of zij al wat vangen, maar op wat klein spul na valt het wat tegen. Ze laten ons wel weten dat ze rond 14 uur naar de oostkant van het eiland Loppa zullen varen. Daar verwachten ze wel wat heilbotten.
Wij trekken voorlopig ons eigen plan in het fjord en varen naar de andere kant om daar wat driften te maken. De boot wordt boven 25 meter water gelegd en we zakken af naar 60 meter. Dit is een prima diepte om met het lichte materiaal aan de gang te gaan.
Al snel krijg ik een aanbeet, maar de vis lost. Direct daarna vang ik een mooie gul en aansluitend een iets kleinere. Deze twee vissen zijn ook de enige twee vissen die we hier vangen.
Op de Nicky blijft het stil, zij varen dan ook richting het noorden en zoeken hun geluk op andere stekken. Gelukkig is de voorspelde regen grotendeels uitgebleven en de wind gaat er nu ook beduidend uit. De Nicky vertrekt volgens plan naar het eiland Loppa, wij gaan vissen op de plateauās west van Silda en de Lissy blijft waar ze zijn.
Op onze nieuwe stek kunnen we heilbot verwachten, maar ze moeten wel aan staan natuurlijk. Dat blijkt niet zo te zijn en we gaan nu echt twijfelen. Johan heeft een zeewolf, Arjan heeft zijn eerste lom te pakken, ik heb twee gullen en Roel heeft nog geen aanbeet gehad. Wat nu? We hebben drie opties door vissen op deze stek die eerder al productief is geweest, een stukje doorvaren naar een andere plaat, of achter Joris aan gaan?
Als we achter Joris aan gaan is het de vraag hoe lang we nog kunnen vissen en dan moeten we hopen dat ze willen bijten daar, dat is een te grote gok. We kiezen er voor een klein stukje op te schuiven en het plateau iets noordelijker te bevissen, alles of niets!
Als we van Joris wat plaatjes door gestuurd krijgen van mooie heilbotten lijken we toch de verkeerde keuze gemaakt te hebben, maar veranderen van plan kan niet meer. Marcel weet er zelfs een exemplaar van 130 cm te vangen, echt een mooie vis!
Roel heeft een flinke haring op zijn fireball gemonteerd en vist al de gehele middag net boven de bodem op zoek naar een luie heilbot. Hij redeneert dat Ć©Ć©n aanbeet genoeg is en krijgt nog gelijk ook! Een dikke heilbot schuift over zijn haring heen, niets voorzichtig, geen geknabbel, maar gewoon vol er over en direct hangen. Meters lijn verdwijnen zonder moeite van de reel, maar Roel heeft alles onder controle. Na tien minuten kunnen we voor de eerste keer een glimp opvangen. We schatten hem op 130 cm. Helaas krijg ik de speciale landingshaak niet snel genoeg door de bek en moet Roel weer bijna van voor af aan beginnen.
De tweede keer lukt het wel. Als de heilbot wat rustiger is geworden pak ik hem met twee handen in de kieuwen, maar schrik toch nog van zijn omvang, zo dik zie je ze zelden. Arjan moet me bij de schouders nemen en helpen het gewicht de boot in te trekken. Het meetlint geeft exact 145 cm aan, exact even groot dan de vis die ik eerder ving, maar wel een heel stuk dikker. Roel juicht het uit, net als Arjan, Johan en ik, Roel is de vanger, maar wij genieten natuurlijk ook mee. De rest van de middag is niets meer en als de zon gaat zakken wordt het snel weer kouder, tijd om terug te keren naar de haven.
De Nicky ligt al aan de steiger en de Lissy volgt snel achter ons. Met drie boten hebben we niet erg veel gevangen, maar wel erg mooie vissen en dat is natuurlijk erg leuk!