Matchvissen met de vaste montage, hoe doe je dat? Er is een grote groep vissers waarvoor het vissen met de dobber de essentie van het vissen is. Voor sommigen is het vissen met de matchhengel het summum van het dobbervissen. Zo’n echte liefhebber is topwedstrijdvisser Lucien de Rade. In deel 1 vist hij op een ondiepe polderwetering met de vast montage.
Het belooft een hete dag worden en daarom is Lucien al vroeg in de morgen op de stek. Op dit water is dat, zeker op een zomerse dag, verreweg de beste periode van de dag. Het betreft een circa 30 meter brede polderwetering die vele kilometers lang is en hier in een bredere kom vol lelies stroomt. Wat hier zwemt? “Eigenlijk het gehele arsenaal aan witvis: brasem, blank- en ruisvoorn en ook best wat zeelt. Langs de oevers staat riet en groeien lelievelden, het is maximaal 1,5 meter diep en de bodem is zacht. ”
Waarom de Matchhengel?
Laten we direct in huis vallen: matchvissen is niet de makkelijkste witvistechniek. Zo kunnen wind en stroming ernstige spelbrekers zijn. In veel situaties vis je met een feederhengel veel productiever en vang je meer.
Waarom dan toch matchen? Ten eerste is het een troef in wedstrijdverband in de categorie dobber, waarbij je naast de vaste hengel dus ook met de match mag vissen. Tijdens sommige (internationale) wedstrijden is de match doorslaggevend gebleken ten opzichte van de vaste hengel. Maar bovenal is het een geweldig leuke vistechniek.
Vissen op een zachte bodem
Terug naar de sessie van vandaag: die zachte bodem is een eerste horde om te nemen.
“Ik wil dat de ballen grondvoer bij het raken van het water uit elkaar breken, zodat er een tapijt van aas op de zachte bodem ligt. Knetterharde ballen zakken weg in de modder en dat is niet ideaal.”
Om die reden voegt Lucien ook dode maden aan het voer toe, aangevuld met caster en geknipte wormen. Een tiental ballen gaan met behulp van een werppijp dicht tegen de lelies aan de overzijde te water, ongeveer op 25 meter.
Net als bij het vissen met de vaste stok maakt hij een tweede voerplek aan. Schuin naar links, op ongeveer 12 meter afstand, schiet Lucien met regelmaat los aas in het water. Het idee: starten met kleine vis, zoals voorn, op de dichtbij stek. Ondertussen de verre plek rust gunnen en hopen op grote vis.
[irp posts=”19422″ name=”Welke vaste hengel voor karper?”]
Matchvissen vast of schuivend?
In dit artikele behandelen we het matchvissen met de vaste montage, maar wanneer kies je voor schuivend?
Vaste dobbermontage | Schuivende dobbermontage |
Visdiepte maximaal circa de helft van de hengellengte. | Visdiepte is onbeperkt, dus ook diep water is bevisbaar. |
Verzwaarde dobber, klein beetje lood op lijn nodig. | Dobber nagenoeg ongelood, meeste lood op hoofdlijn. |
Dobber slank tot bodied. | Dobber altijd bodied. |
Dobbergewicht afhankelijk van visafstand, maar vanaf 3 gram. | Minimaal 10 gram lood op hoofdlijn om montage te laten schuiven. |
Bij de vaste montage zit de dobber gefixeerd op de hoofdlijn. Daardoor is je visdiepte beperkt en afhankelijk van de hengellengte. Met een 4 meter lange lijn onder de dobber kun je immers niet inwerpen. Het fixeren van de dobber kan middels klemmen tussen rubber stuitjes of loodhagels, maar dat wil bij zwaardere dobbers wel eens gaan schuiven. Het best gebruik je speciale match connectors.
Wanneer Lucien de ‘dichtbij hengel’ erbij pakt, valt de grote molenspoel op, gevuld met 18/00 nylon; een grote spoel is erg belangrijk om relatief lichte dobbers makkelijk te kunnen werpen.
Aan het uiteinde van de hoofdlijn koopt Lucien een maat 22 Cresta wartel. Hier komt de onderlijn in te hangen: ongeveer 35 cm en van 10/00 nylon, met een Gamakatsu LS 1310N maat 16 als haak. De slanke dobber draagt 6 gram, daarvan bevindt zich 5,5 gram op de dobber, waardoor je dus nog 0,5 gram op de lijn moet aanbrengen om deze perfect uit te loden.
Net boven de wartel knijpt Lucien een klein loodhageltje en daar ongeveer 40 cm boven het bulklood, bestaande uit meerdere loodhagels. Met loodhagels ben je flexibeler dan met een olivette. De montage is zo uitgepeild dat de helft van de onderlijn op de bodem ligt.
Peilen
Een dobber uitloden is niet zo moeilijk, maar nauwkeurig peilen is een stuk lastiger wanneer je hiervoor de montage gebruikt waarmee je vist. “Ik zie soms vissers er knijploodjes bijzetten om dit goed te kunnen zien, maar bespaar jezelf moeite en neem een oude hengel die je omtovert tot peilhengel. Simpelweg een stuitje op de lijn, gevolgd door een kraal, een flinke ongelode 15 grams dobber en 20 gram lood”, Aldus Lucien.
“Het lood is te zwaar voor de dobber. Bij een te ondiepe afstelling is de dobber niet zichtbaar, bij een te diepe afstelling gaat de dobber plat liggen. Als je de dobber goed hebt afgesteld, dan weet je exact hoe diep het is. Op de kant kun je jouw montage hier naast leggen en de dobber heel precies vastzetten op de visdiepte die je wilt, bijvoorbeeld exact met een staande haak of met de onderlijn 20 cm op de bodem. Met dank aan Jan van Schendel voor deze tip.”
Lijn ontvetten
Na 10 minuten komen de eerste aanbeten op de gevoelige, slanke dobber. Lucien vangt in het volgende kwartier een reeks kleine voorntjes, maar de beten zetten niet echt door. Na nog eens 10 minuten vindt hij het welletjes. “Ik ga het op de andere plek proberen.
Om deze plek te bevissen pakt hij een tweede hengel erbij. Het principe van de montage is hetzelfde, maar is op enkele punten wel gewijzigd. Omdat er verder geworpen moet worden is de dobber zwaarder; een 10 grams Didier Delannoy dobber van de firma Rive. “De antenne is van carbon gemaakt en daardoor heel stijf en kaarsrecht. Dat is met wat verder werpen erg handig, het gooit heel precies.
[irp posts=”12512″ name=”Karpervissen met de Matchhengel”]
Met een iets kromme antenne krijgt een dobber al snel een afwijking. De ene keer vliegt deze mooi recht vooruit, de andere keer weer naar links of naar rechts. Ook de hoofdlijn is een stapje dikker, in dit geval 20/00. Het is belangrijk dat je de hoofdlijn regelmatig ontvet zodat deze net gaat zinken. In dit geval een sprayfles met een oplossing afwasmiddel.
‘Waarom al die moeite als er ook snel zinkende feederlijnen zijn’, vraag je misschien af?
Deze zijn echter niet aan te bevelen omdat de lijn dan echt met een bocht van de dobber naar de hengeltop loopt. Het best gebruik je een daarvoor ontwikkelde dobbervis nylon.”
Het duurt even voor er activiteit van de stek tegen de lelies aan de overzijde van het water komt. De dobber komt prachtig uit het water en zeilt vervolgens onder water. Met een ferme zwaai aan de hengel trekt Lucien het carbon in een ronde curve, die vervolgens een paar seconden goed krom blijft staan.
Het typische langzame gebonk wat volgt wijst op grotere vis, waarschijnlijk een brasem. Langzaam dirigeert Lucien de vis richting het schepnet, maar onder de kant besluit de vis naar rechts te duiken, richting de lelies. Als de vis aan een 10/00 onderlijn dit weet te bereiken, dan is het bijna zeker gedaan. Vlak voor het eerste lelieblad weet Lucien de vis te keren; de eerste brasem van de dag wordt geschept.
Werptechniek
Na het beazen van de haak vliegt de montage richting de overzijde van de wetering. “Nee, dit ging niet goed”, mompelt Lucien, terwijl hij de montage snel weer binnen draait.
Het aas zit om de dobber geslagen en de onderlijn zit in de war. Het valt gelukkig mee, de schaar hoeft er niet aan te pas te komen.
“Dit krijg je wanneer je de montage niet goed afremt. Het is essentieel dat de montage in een gestrekte lijn in het water komt. Daartoe moet je de montage afremmen, hierbij speelt ook de werptechniek een rol.”
Als Lucien het demonstreert is goed te zien dat hij de montage heel rustig werpt; niet met kracht, maar met souplesse. Nadat de dobber door de lucht vliegt brengt hij de hengel weer iets verticaler, de lijn bereikt de lijnclip en samen met de zachte top van de matchhengel ‘legt’ hij de montage bijna geruisloos in het water. ‘Lobben’ zoals één van zijn leermeesters Jan van Schendel het ook wel noemt.
In een daaropvolgende beweging duwt hij de top onder water en draait hij met twee slingerslagen de lijn deels onder water en strak.
Spot on!
Om precies op de stek te vissen maak je gebruik van de lijnclip en een richtpunt, maar daarmee ben je nog niet klaar! Omdat je bij het matchvissen na het neerkomen van de montage de lijn strak draait, haal je de montage dus dichterbij. Hoe weet je of je teveel of te weinig lijn binnen haalt? Je kunt een vast aantal slingerslagen hanteren, maar het kan nog preciezer! Nadat de dobber naar tevredenheid ligt, brengt Lucien met een speciale markeerstift een witte markering op de lijn aan. Als deze markering tussen het startoog en het volgende oog zit, dan ligt de montage spot on!
Leren van de meester
Om de brasem aan de praat te houden voert Lucien nog enkele balletjes voer bij. Zodoende komt hij over grootmeester Alan Scotthorne te spreken, één van de vissers die Lucien goed volgt in zijn doen en laten. Van zo’n goede visser kun je veel leren. “Tijdens een internationale wedstrijd staat er gewoon 60 man publiek alleen al te kijken hoe hij voert.
Ik heb het zelf ook gezien, het is bovendien één van de beste matchvissers ooit. Ongelooflijk hoe precies hij de voerballen op zijn stek schiet. Op het EK in België in 2014, dat was op het kanaal Pommerœul-Condé, voerde hij eerst ongeveer 40 kleine ballatjes op ongeveer 1 bij 1 meter.
Vervolgens kwamen er 10 ballen voer tevoorschijn, doorspekt met los aas. Deze schoot hij alle tien precies midden in de voerplek, recht op zijn dobber. En dan hebben we het niet over een afstand van 20 meter, maar veel verder, ongelooflijk! Dankzij de matchhengel won Engeland dat EK.
Het is schitterend om te zien hoe de dobber langzaam op de wind parallel langs de lelies naar links drift, om opeens met een schok iets naar boven te komen, dan zeilt deze langzaam schuin weg! Na die eerste brasem volgen de aanbeten elkaar in geleidelijk tempo op. Goudgekleurde brasems van tot dik 2 kg zwaar. “Nu kun je je wel voorstellen dat ik deze matchvissen zo mooi vind, misschien wel de leukste manier van vissen die er is!”.
Blind staren
Bij een vaste hengel visserij is het turen naar een dobberantenne soms al een beproeving, kun je je voorstellen dat je de dobber op 25 of 40 meter in de gaten moet houden. Natuurlijk is de antenne veel dikker, maar alle beetjes helpen. Gebruik een goede polaroid zonnebril.
https://youtu.be/YkJnkVVPJOg
Lees ook:
[irp posts=”19977″ name=”Matchvissen met de schuivende montage”]
[irp posts=”19428″ name=”Welke haken heb je bij commercial vissen nodig?”]